Het scheepswrak lag op het land van een groot landbouwbedrijf in Dronten. De akkerbouwer was dan ook zo vriendelijk om zijn bieten voor 4 weken plaats te laten maken voor een opgravingput. Het ging om een handelsschip dat mogelijk rond 1795 is vergaan, ten tijden van de Bataafse opstand. Een leuke vondst die ons hierop wijst is een bordje met de tekst voor vrijheid en vaderland. Het schip had als lading leisteen aan boord, wat in het achterschip was opgestapeld. In het voorschip werd ook een enorme hoeveelheid aan vensterglas gevonden, wat mogelijk ook een lading kan zijn geweest.
Een van de voordelen van een maritieme
opgraving is de staat waarin je alles vindt.
Als een schip verging, namen de
schipper en zijn familie alleen het noodzakelijke of zelfs helemaal niks mee. Vele van de vondsten zijn dan ook huishoudelijke voorwerpen. Potten, lepels, pijpen koppen, pijpensteeltjes, ketels, schotels, kopjes, Friese doorlopers, twee volledige kruiken waar zelfs de kurk nog in zat en nog vele andere vondsten.Buiten het graafwerk kreeg het team ook te maken met de communicatie kant van het vak. De opgraving werd bezocht door “het klokhuis” waar vele van ons jeugd herinneringen aan koesteren, de basisscholen rondom Dronten kwamen langs voor een leerzame rondleiding en er was een uitermate succesvolle opendag. We kunnen dan ook gerust stellen dat het een uitermate leerzame en leuke ervaring was om hier aan deel te mogen nemen.
Lees meer over de IFMAF opgraving op: http://ifmaffieldschool.blogspot.nl/
Waaronder ook nog een leuk interview met Rob van Haarlem